Regel- en pagina-eindes
Paginering
Deze opties bepalen hoe tekst in alinea's onder bepaalde omstandigheden wordt opgemaakt.
-
Regels bijeenhouden Hiermee worden regels van een alinea op een pagina of in een kolom bij elkaar gehouden.
-
Bij volgende alinea houden inschakelen Houdt alinea's bijeen op een pagina of in een kolom.
-
Pagina-einde vóór Dwingt altijd een pagina-einde af vóór een alinea.
-
Zwevende regels voorkomen Hiermee bepaal je de zwevende eind- en beginregels voor een alinea.
Opmaak-uitzonderingen
-
Regelnummers onderdrukken Hiermee worden regelnummers van een alinea of alinea's onderdrukt of verborgen als deze zijn ingeschakeld voor een document.
-
Geen afbreekstreepjes gebruiken Hiermee voorkom je dat afbreekstreepjes worden toegepast in een alinea of alinea's waarvoor woordafbreking is toegepast.
Opties voor tekstvakken
Je kunt de opties voor tekstvakken gebruiken om de alinea's die een tekstvak omringen strakker te laten teruglopen. Als je deze opties wilt gebruiken, moet de rand van het tekstvak doorzichtig zijn (geen lijn en geen opvulling) en moet Tekstterugloop zijn ingesteld op Strak of Transparant.
Deze instellingen zijn van invloed op de omringende tekst, in plaats van op het tekstvak zelf. Je kunt verschillende instellingen proberen om te zien welke je het gewenste uiterlijk geven.
-
Geen
-
Alles
-
Eerste en laatste regels
-
Alleen eerste regel
-
Alleen laatste regel
Voorbeeld
Voorbeeld Geeft je een geschatte weergave van hoe de wijzigingen eruit zullen zien.
Knoppen
Tabbladen Hiermee open je een dialoogvenster waarin je tabstops, hun uitlijning en tab-opvultekens kunt instellen.
Instellen als standaard Geeft je de mogelijkheid om de instellingen die je hebt gewijzigd als standaard te gebruiken voor het huidige document of alle documenten op basis van een dotx-sjabloon.
OK Hiermee sla je wijzigingen op en sluit je het dialoogvenster.
Annuleren Hiermee worden de wijzigingen genegeerd en wordt het dialoogvenster afgesloten.