Microsoft Office Excel beschikt over een aantal functies waarmee u eenvoudig gegevens kunt beheren en analyseren. Als u optimaal gebruik wilt maken van deze functies, is het belangrijk dat u gegevens in een werkblad indeelt en opmaakt op basis van de volgende richtlijnen.
In dit artikel
Richtlijnen voor het indelen van gegevens
Plaatst vergelijkbare items in dezelfde kolom Ontwerp de gegevens zo dat alle rijen vergelijkbare items in dezelfde kolom hebben.
Houd een bereik met gegevens gescheiden Houd ten minste één lege kolom en één lege rij aan tussen een bereik van gerelateerde gegevens en andere gegevens in het werkblad. Het bereik kan dan gemakkelijker worden herkend en geselecteerd wanneer u de gegevens sorteert, filtert of automatisch subtotalen invoegt.
Plaats belangrijke gegevens boven of onder het bereik Plaats belangrijke gegevens bij voorkeur niet links of rechts van het bereik, omdat de gegevens dan mogelijk worden verborgen wanneer u het bereik filtert.
Voorkom lege rijen en kolommen in een bereik Plaats bij voorkeur geen lege rijen en kolommen in een bereik met gegevens. Het gerelateerde gegevensbereik kan dan gemakkelijker worden herkend en geselecteerd.
Geef alle rijen en kolommen weer in een bereik Zorg ervoor dat verborgen rijen of kolommen worden weergegeven voordat u wijzigingen in een bereik met gegevens aanbrengt. Wanneer rijen en kolommen in een bereik niet worden weergegeven, kunnen gegevens per ongeluk worden verwijderd. Zie Rijen en kolommen verbergen of weergeven voor meer informatie.
Richtlijnen voor het opmaken van gegevens
Gebruik kolomlabels om gegevens te identificeren Maak kolomlabels in de eerste rij van het bereik van gegevens door een andere opmaak op de gegevens toe te passen. Vervolgens kunnen deze labels worden gebruikt om rapporten te maken en gegevens te zoeken en in te delen. Gebruik voor kolomlabels een lettertype, uitlijning, opmaak, patroon, rand of stijl voor hoofdletters en kleine letters die verschilt van de opmaak die u aan de gegevens in het bereik toewijst. Maak de cellen op als tekst voordat u de kolomlabels typt. Zie Een werkblad opmaken voor meer informatie.
Gebruik celranden om gegevens te onderscheiden Wanneer u labels wilt scheiden van gegevens, gebruikt u celranden en geen lege rijen of stippellijnen om regels onder de labels in te voegen. Zie Celranden in een werkblad toevoegen of verwijderen voor meer informatie.
Vermijd voorloop- of volgspaties om fouten te voorkomen Voeg geen spaties in aan het begin of einde van een cel om gegevens te laten inspringen. Deze extra spaties kunnen gevolgen hebben voor sorteren, zoeken en de opmaak die wordt toegepast op een cel. U kunt de opdracht Inspringing vergroten in de cel gebruiken in plaats van spaties om gegevens te laten inspringen. Zie De positie van gegevens in een cel aanpassen voor meer informatie.
Voer gegevensopmaak en formules door Wanneer u nieuwe rijen met gegevens aan het einde van een gegevensbereik toevoegt, worden consistente opmaak en formules doorgevoerd. Drie van de vijf voorgaande cellen moeten dezelfde opmaak hebben om die opmaak door te voeren. Alle voorgaande formules moeten consistent zijn om een formule door te voeren. Zie Gegevens in werkbladcellen automatisch doorvoeren voor meer informatie.
Een Excel-tabelindeling gebruiken om te werken met gerelateerde gegevens U kunt een aaneengesloten celbereik in uw werkblad omzetten in een Excel-tabel. Gegevens die door de tabel zijn gedefinieerd, kunnen onafhankelijk van gegevens buiten de tabel worden bewerkt en u kunt specifieke tabelfuncties gebruiken om de gegevens in de tabel snel te sorteren, te filteren, te berekenen of te berekenen. U kunt de tabelfunctie ook gebruiken om sets gerelateerde gegevens te splitsen door die gegevens in meerdere tabellen op één werkblad te ordenen. Zie Overzicht van Excel-tabellen voor meer informatie.
