Aanmelden met Microsoft
Meld u aan of maak een account.
Hallo,
Selecteer een ander account.
U hebt meerdere accounts
Kies het account waarmee u zich wilt aanmelden.

Een scherminfo bevat contextuele of aanvullende informatie, zoals lideigenschappen in een OLAP-kubus (Online Analytical Processing), over een veld in een draaitabel- of draaigrafiekrapport.

Een contextuele scherminfo is samenvattingsinformatie over de waarde, rij of kolom voor een veld. Als u bijvoorbeeld de aanwijzer over een cel in het waardengebied verplaatst, worden in een contextuele scherminfo de huidige waarde en de rij- en kolomlocatie weergegeven. Deze contextuele scherminfo is vooral handig wanneer u met een groot rapport werkt en de indeling niet wilt wijzigen of door het rapport wilt schuiven om deze informatie te vinden of te verifiëren.

  1. Klik op het draaitabelrapport.

  2. Klik op het tabblad Analyseren in de groep Draaitabel op Opties.

  3. Klik in het dialoogvenster Opties voor draaitabel op het tabblad Weergave en schakel onder Weergave het selectievakje Contextuele knopinfo weergeven in.

Als uw draaitabelrapport is verbonden met een OLAP-kubus van Microsoft SQL Server 2005 Analysis Services en de beheerder van de kubus de weergave van informatie over lideigenschappen heeft ingeschakeld, kunt u de eigenschapswaarden weergeven in een scherminfo wanneer u de aanwijzer over een veld verplaatst. Een product kan bijvoorbeeld aanvullende eigenschapsinformatie bevatten, zoals een productcode, een dealerprijs en een voorraadniveau. U kunt ook bepalen welke specifieke eigenschapsinformatie wordt weergegeven in de scherminfo.

Opmerking: Voor deze procedure moet een veld eigenschappen hebben die zijn gedefinieerd en ingeschakeld voor de OLAP-kubus. Als u wilt zien of eigenschappen beschikbaar zijn, klikt u met de rechtermuisknop op het veld en wijst u vervolgens Eigenschappen weergeven in rapport aan in het snelmenu. Als het snelmenu wordt weergegeven (Geen eigenschappen gedefinieerd) zijn er geen eigenschappen beschikbaar om weer te geven.

  1. Ga als volgt te werk om ervoor te zorgen dat de eigenschappen van leden worden weergegeven voor het draaitabelrapport:

    1. Klik op het tabblad Analyseren in de groep Draaitabel op Opties.

    2. Klik in het dialoogvenster Opties voor draaitabel op het tabblad Weergave en schakel onder Weergave het selectievakje Eigenschappen weergeven in knopinfo in .

  2. Klik met de rechtermuisknop op een veld in het draaitabel- of draaigrafiekrapport, wijs Eigenschappen weergeven aan in Knopinfo in het snelmenu en klik vervolgens op Alle eigenschappen weergeven, Alle eigenschappen verbergen of een afzonderlijke eigenschap onderschrift.

U kunt informatie over de lideigenschap weergeven als gegevens in het draaitabelrapport. U kunt bijvoorbeeld de eigenschapsgegevens sorteren, filteren of afdrukken.

Wanneer u gegevens van de lideigenschap filtert, wordt de lideigenschap onderschrift samen met de veldnaam weergegeven. Als kleur bijvoorbeeld een lideigenschap is van het veld Product, kunt u producten filteren op de kleur zilver.

Opmerking: Deze procedure vereist dat voor een veld eigenschappen zijn gedefinieerd en ingeschakeld voor de OLAP-kubus. Als u wilt weten of eigenschappen beschikbaar zijn, klikt u met de rechtermuisknop op het veld en wijst u vervolgens Eigenschappen weergeven in Rapport aan in het snelmenu. Als het snelmenu wordt weergegeven (Geen eigenschappen gedefinieerd) zijn er geen eigenschappen beschikbaar om weer te geven.

  1. Klik op het draaitabelrapport.

  2. Ga als volgt te werk om ervoor te zorgen dat de eigenschappen van leden worden weergegeven voor het draaitabelrapport:

    1. Klik op het tabblad Analyseren in de groep Draaitabel op Opties.

    2. Klik in het dialoogvenster Opties voor draaitabel op het tabblad Weergave en schakel onder Weergave het selectievakje Eigenschappen weergeven in knopinfo in .

  3. Klik op het veld in de dimensiehiërarchie waarvoor u eigenschapsvelden wilt weergeven.

    Als de niveaus waarvoor u eigenschappenvelden hebt geselecteerd niet worden weergegeven in het rapport, klikt u op het veld en klikt u vervolgens op de knop Uitvouwen plusteken.

  4. Klik op het tabblad Analyseren in de groep Extra op OLAP-hulpprogramma's en klik vervolgens op Eigenschappenvelden.

    Het dialoogvenster Eigenschapsvelden voor dimensie kiezen wordt weergegeven.

  5. Klik in de lijst Eigenschappen kiezen uit niveau op elk niveau waarvoor u eigenschapsvelden wilt weergeven en dubbelklik vervolgens op de eigenschappenvelden die u wilt weergeven.

  6. Gebruik in het vak Weer te geven eigenschapsvelden de knoppen Parameterexpressie en kopafbeelding om de eigenschapsvelden te rangschikken in de volgorde waarin ze in het rapport moeten worden weergegeven.

  7. Zorg ervoor dat het selectievakje Velden voor deze dimensie weergeven in overzichtsformulier is ingeschakeld en klik vervolgens op OK.

Opmerking: In kolomvelden worden eigenschapsvelden alleen weergegeven voor items op het laagste detailniveau dat in het rapport wordt weergegeven. Als u eigenschapsvelden voor andere niveaus wilt weergeven, verplaatst u het veld naar het rijlabelgebied.

Tip: U kunt ook met de rechtermuisknop op het labelveld klikken, Eigenschappen weergeven in rapport aanwijzen in het snelmenu en vervolgens op Alle eigenschappen weergeven, Alle eigenschappen verbergen of een afzonderlijke eigenschap onderschrift.

Meer hulp nodig?

U kunt altijd uw vraag stellen aan een expert in de Excel Tech Community of ondersteuning vragen in de Communities.

Meer hulp nodig?

Meer opties?

Verken abonnementsvoordelen, blader door trainingscursussen, leer hoe u uw apparaat kunt beveiligen en meer.

Community's helpen u vragen te stellen en te beantwoorden, feedback te geven en te leren van experts met uitgebreide kennis.

Was deze informatie nuttig?

Hoe tevreden bent u met de taalkwaliteit?
Wat heeft uw ervaring beïnvloed?
Als u op Verzenden klikt, wordt uw feedback gebruikt om producten en services van Microsoft te verbeteren. Uw IT-beheerder kan deze gegevens verzamelen. Privacyverklaring.

Hartelijk dank voor uw feedback.

×