Gebruik het dialoogvenster Gegevens importeren om te bepalen hoe en waar gegevens aan de werkmap worden toegevoegd.
Ga op een van de volgende manier te werk onder Selecteren hoe u deze gegevens in uw werkmap wilt weergeven:
-
Als u alleen een draaitabelrapport wilt maken, selecteert u Draaitabelrapport.
-
Als u een draaitabelrapport en een draaigrafiekrapport wilt maken, selecteert u Draaigrafiek en Draaitabelrapport.
-
Als u de geselecteerde verbinding in de werkmap wilt opslaan voor later gebruik, selecteert u Alleen verbinding maken. Dit selectievakje zorgt ervoor dat de verbinding wordt gebruikt in formules die kubusfuncties bevatten die u maakt en dat u geen draaitabelrapport wilt maken.
Ga op een van de volgende twee plekkente werk onder Waar wilt u de gegevens plaatsen:
-
Als u het draaitabelrapport in een bestaand werkblad wilt plaatsen, selecteert u Bestaand werkblad en typt u de celverwijzing van de eerste cel in het cellenbereik waarin u het draaitabelrapport wilt zoeken.
U kunt ook Dialoogvenster samenv selecteren om het dialoogvenster tijdelijk te verbergen, de eerste cel in het werkblad te selecteren die u wilt gebruiken en vervolgens op Dialoogvenster uitv .
-
Als u het draaitabelrapport in een nieuw werkblad wilt plaatsen, beginnend bij cel A1, klikt u op Nieuw werkblad.
Onder de scheidingslijn onder in het dialoogvenster:
-
Als u de gegevens in Power Pivot wilt gebruiken, selecteert u Deze gegevens toevoegen aan het gegevensmodel. Zie Aan de slag met Power Pivotvoor meer informatie.
-
Als u de eigenschappen van de verbinding wilt controleren of wijzigen, klikt u op Eigenschappen,wijzigt u de benodigde wijzigingen in het dialoogvenster Eigenschappen van verbinding en selecteert u OK. Zie Eigenschappen van verbinding voor meer informatie.