Name
Hiermee geeft u de naam van het patroon.
Type
Hiermee geeft u het patroon op. Klik op Opvulpatroon, Lijnpatroon of Lijneinde.
Gedrag
Deze optie is afhankelijk van het type dat u hebt geselecteerd.
Gedrag van opvulpatroon geeft aan of het patroon wordt herhaald (tegel), gecentreerd of gemaximaliseerd in de beschikbare ruimte en of het patroon kan worden geschaald.
U kunt een vorm zoals een star gebruiken om een opvulpatroon te maken.
De eigenschappen van het opvulpatroon zijn van invloed op de wijze waarop de vorm wordt toegepast op een lijn. De eerste cirkel toont een tegelpatroon. De tweede cirkel toont een gecentreerd patroon. De derde cirkel toont het patroon dat is gemaximaliseerd in de beschikbare ruimte.
Gedrag van lijnpatroon geeft aan hoe het patroon dat u tekent moet worden gebruikt wanneer de lijn curven en of het patroon kan worden geschaald.
Gedrag van lijneinde geeft aan of het lijneinde moet worden gedraaid met de lijn en of het lijneinde kan worden geschaald.
Geschaald
Hiermee schaalt u het patroon naarmate de schaal van de tekenpagina wordt gewijzigd.