De functie VALUETOTEXT retourneert tekst vanuit elke opgegeven waarde. Hiermee worden tekstwaarden ongewijzigd doorgegeven en worden niet-tekstwaarden geconverteerd naar tekst.
Syntaxis
VALUETOTEXT(waarde, [format])
De syntaxis van de functie VALUETOTEXT heeft de volgende argumenten.
|
Argument |
Beschrijving |
|---|---|
|
waarde |
De waarde die als tekst moet worden geretourneerd. Vereist. |
|
notatie |
De indeling van de geretourneerde gegevens. Optioneel. Dit kan een van de twee waarden zijn: 0 Standaardwaarde. Beknopte notatie die gemakkelijk te lezen is. De geretourneerde tekst komt overeen met de tekst die wordt weergegeven in een cel met algemene opmaak. 1 Strikte notatie die escapetekens en scheidingstekens voor rijen bevat. Genereert een tekenreeks die kan worden geparseerd als deze wordt ingevoerd in de formulebalk. Sluit geretourneerde tekenreeksen in aanhalingstekens in, met uitzondering van Booleaanse waarden, getallen en fouten. |
Opmerking: Als de notatie anders is dan 0 of 1, retourneert VALUETOTEXT de #VALUE! als resultaat.
Voorbeelden
Kopieer de voorbeeldgegevens uit de volgende tabel en plak ze in cel A1 van een nieuw Excel-werkblad. Indien nodig kunt u de kolombreedten aanpassen als u alle gegevens wilt zien.
Opmerking Als u 'Seattle' wilt converteren naar een gekoppeld gegevenstype, selecteert u cel A6 en selecteert u vervolgens Gegevens> Geografie.
|
Gegevens |
|||
|
WAAR |
|||
|
1234.01234 |
|||
|
Hallo |
|||
|
De fout #WAARDE! |
|||
|
Seattle |
|||
|
1234 |
|||
|
Beknopte formule |
Beknopt resultaat |
Strikte formule |
Strikt resultaat |
|
=VALUETOTEXT(A2; 0) |
WAAR |
=VALUETOTEXT(A2; 1) |
WAAR |
|
=VALUETOTEXT(A3, 0) |
1234.01234 |
=VALUETOTEXT(A3; 1) |
1234.01234 |
|
=VALUETOTEXT(A4; 0) |
Hallo |
=VALUETOTEXT(A4; 1) |
Hallo |
|
=VALUETOTEXT(A5; 0) |
De fout #WAARDE! |
=VALUETOTEXT(A5; 1) |
De fout #WAARDE! |
|
=VALUETOTEXT(A6; 0) |
Seattle |
=VALUETOTEXT(A6; 1) |
Seattle |
|
=VALUETOTEXT(A7; 0) |
1234 |
=VALUETOTEXT(A7; 1) |
1234 |
