Afdruk samenvoegen met enveloppen

Voer zo nodig een test uit op een kleine reeks enveloppen, voordat u een echte samenvoegbewerking uitvoert.

1. Ga naar Bestand > Nieuw > Leeg document.

2. Klik op Verzendlijsten > Enveloppen.

   

3. Typ in het vak Geadresseerde een voorbeeldadres om te testen hoe een envelop eruitziet wanneer deze wordt afgedrukt.

4. Typ uw adres in het vak Retouradres.

   

5. Selecteer opties > Envelopopties en doe het volgende:

   • Kies het formaat dat overeenkomt met de envelop, of kies Aangepast formaat om de grootte in te stellen.

     

   • Kies indien nodig een lettertype en de offset positie aan de linkerkant en boven voor het Afleveradres en Retouradres.

6. Controleer op het tabblad Afdrukopties of de juiste Invoermethode is geselecteerd, plaats de envelop zoals in de afbeelding en kies daarna OK.

   

7. Kies Afdrukken en kies vervolgens Ja als u het adres van de afzender wilt opslaan als het standaardadres.

1. Ga naar Verzendlijsten > Afdruk Samenvoegen Starten > Enveloppen.

   

2. Schakel in het dialoogvenster Envelopopties de gewenste opties in en kies vervolgens OK.

3. Als u een retouradres of een logo wilt toevoegen aan uw envelop, kunt u dit nu doen.

4. Kies Bestand > Opslaan.

1. Ga naar Verzendlijsten > Geadresseerden selecteren.

   

2. Kies een gegevensbron. Voor meer informatie bekijk Gegevensbronnen die u voor afdruk samenvoegen kunt gebruiken.

3. Kies Bestand > Opslaan.

Als u uw adressenlijst wilt bewerken, raadpleeg Afdruk samenvoegen: Geadresseerden bewerken.

Het adresblok is een samenvoegveld waarin u adressen laat weergeven op de envelop. Als u beter wilt zien waar, drukt u op CTRL+SHIFT+8 om alineamarkeringen in te schakelen.

1. Plaats de cursor waar het adresblok moet komen.

2. Ga naar Mailings > Adresblok en kies een opmaak. Voor meer informatie, zie Adresblok invoegen.

   

3. Kies in het dialoogvenster Adresblok Invoegen een indeling voor de naam van de geadresseerde, zoals deze op de envelop wordt weergegeven.

4. U kunt desgewenst op Volgende of Vorige navigeren om een paar records in de gegevensbron te doorlopen om te zien hoe deze eruitzien.

5. Kies OK.

6. Kies Bestand > Opslaan om het samenvoegdocument op te slaan.

Als een deel van uw adres ontbreekt, ga naar Afdruk samenvoegen: Vergelijk Velden om op te lossen.

Voer een laatste controle uit voordat u de enveloppen afdrukt.

1. Kies Volgende of Vorige om door een paar records in de gegevensbron te bladeren en te zien hoe deze eruitzien.

2. Kies Voltooien en samenvoegen > Documenten afdrukken.

   

Wanneer u het samenvoegdocument voor enveloppen opslaat, blijft het verbonden met uw adressenlijst voor toekomstig gebruik.

Open het samenvoegdocument voor enveloppen en kies Ja wanneer u in Wordgevraagd wordt of u de verbinding wilt behouden. Als u adressen in het samenvoegdocument voor enveloppen wilt wijzigen, open het document en kies Adressenlijst Bewerken om bepaalde adressen te sorteren, filteren en selecteren.

1. Ga naar Verzendlijsten > Afdruk Samenvoegen Starten > Enveloppen.

   

2. Kies een optie in het Envelop dialoogvenster onder Retouradress.

3. Kies in het dialoogvenster Envelop onder Afdrukopties de optie Pagina-instelling.

4. Kies in het dialoogvenster Pagina-instelling in de lijst Papierformaat de optie die overeenkomt met de grootte van uw enveloppen.

   Als geen van de opties overeenkomt met het formaat van uw envelop, doe het volgende:

5. Kies in het dialoogvenster Pagina-instelling de optie Liggend > OK.

6. Kies OK om het dialoogvenster Envelop te sluiten.

7. Ga naar Bestand > Opslaan.

1. Kies op het tabblad Verzendlijsten de optie Adressen selecteren.

   

2. Kies een gegevensbron. Voor meer informatie bekijk Gegevensbronnen die u voor afdruk samenvoegen kunt gebruiken.

3. Bewerk zo nodig de adressenlijst. Voor meer informatie, bekijk Afdruk samenvoegen: Geadresseerden bewerken.

4. Kies Bestand > Opslaan.

1. Klik in uw document in het vak Sleep velden naar dit vak of typ tekst en klik of tik vervolgens op de tekst om deze te verwijderen.

2. Ga naar Verzendlijsten > Samenvoegveld Invoegen en kies het veld dat u wilt toevoegen.

   

3. Voeg de velden toe die u wilt opnemen op de envelop, pas opmaak toe en kies OK.

1. Ga naar mailings > Voorbeeld van Resultaten om te zien hoe de enveloppen eruit zullen zien.

   

   Opmerking: Gebruik pijl-links en pijl-rechts op het tabblad Verzendlijsten om door de enveloppen te bladeren.

2. Als u extra opmaakwijzigingen wilt aanbrengen, selecteert u opnieuw de optie Voorbeeld van het Resultaat om samenvoegvelden te bewerken.

3. Indien gereed klik op het tabblad Verzendlijsten op Voltooien en Samenvoegen > Documenten afdrukken om de samenvoegbewerking te voltooien.

   

   Tip: Als u elke envelop afzonderlijk wilt bekijken en bijwerken voordat u deze afdrukt, ga u naar Verzendlijsten > Voltooien & Samenvoegen > Afzonderlijke Documenten bewerken. Als u klaar bent, ga naar Bestand > Afdrukken om de enveloppen af te drukken.